Afval: het einde van de lijn

In de afgelopen blogs heb ik me verdiept in de problemen die ontstaan bij een lineair systeem van spullen. In de eerste blog benoemde ik er vier: grondstoffenschaarste, het energieverbruik en uitstoot van giftige stoffen bij de productie, de afvalbergen en de acceleratie van die drie problemen. In deze blog zijn we aangekomen bij het einde van de lineaire lijn van spullen: afval.

Allereerst ben ik natuurlijk benieuwd hoeveel afval we produceren in Nederland. Ik vind een interessante website van de Rijksoverheid met allerlei grafieken over dit onderwerp. Het blijkt dat de hoeveelheid afval sinds de jaren 50 is meegegroeid met de economie. We produceren nu in Nederland het viervoudige aan afval, vergeleken met toen. Het verwerken van al dit afval is een uitdaging. De methodes die tot de jaren 90 voornamelijk werden gebruikt, afval storten of verbranden, bleken te veel nadelige gevolgen te hebben. Bij de verbranding van afval kwamen giftige stoffen vrij en het storten van afval kostte veel voorbereiding en nazorg om negatieve milieuimpact tegen te gaan.

Door afval te gaan scheiden, konden sommige stromen anders ingezet worden. Begin jaren 90 werd groenafval gescheiden, om te composteren. Ook papier en glas werd, voor recycling, apart ingezameld. Dat is in de onderstaande grafiek te zien. In 2010 werd in steeds meer gemeenten ook PMD gescheiden ingezameld. De afvalpiek van 2020 is ontstaan doordat veel mensen tijdens de lockdown hun huis gingen opruimen, verbouwen en in de tuin aan de slag gingen. Hierdoor ontstond er meer groen- en restafval.

2021-8-19-0140_001g_clo_35_nl


In de tweede grafiek is te zien hoe afval in Nederland verwerkt wordt. Er is een duidelijke omschakeling te zien van afval storten en verbranden naar nuttige toepassingen van afval. Het in de jaren 90 apart opgehaalde GFT, papier en glas, vallen bijvoorbeeld onder deze nuttige toepassingen. Rond 2000 werden meer afvalscheidingsinstallaties in gebruik genomen, om restafval beter te scheiden. Deze installaties halen metaal uit restafval met magneten en gebruiken methoden om afval op gewicht en natheid te scheiden. Hierdoor kan meer afval nuttig gebruikt worden. Rond 2010 werden steeds meer verbrandingsinstallaties goedgekeurd voor energieproductie (elektrische energie of warmtelevering). Hierdoor valt de verbranding van afval inmiddels ook binnen de groep ‘nuttig’. Storten wordt bijna niet meer gedaan.

2021-8-19-0392_001g_clo_12_nl


Binnen het grotere afvalprobleem, vormt plastic een afvalprobleem op zich. Sinds de uitvinding van bakeliet rond 1910, zijn er een heleboel soorten synthetische kunststoffen ontwikkeld. Dit was de uitvinding van de eeuw, omdat met deze materialen goedkope, dagelijkse producten gemaakt konden worden. Helaas komen we nu achter de nadelen van plastic. Omdat plastic niet biologisch afbreekbaar is, blijft het, waar het in de natuur terecht komt, liggen. Of, in het geval van de plastic soup, drijven. Dieren zien allerlei soorten plastic aan voor voedsel en sterven. Natuurgebieden worden erdoor aangetast. De eens zo veelbelovende plastics, laten nu hun keerzijde zien.


Binnen de afvalverwerking in Nederland lijkt het afvalprobleem onder controle. Zoveel mogelijk recyclen en als afval toch verbrand wordt, energie opwekken. Ook is er steeds meer aandacht voor zwerfaval en helpen mensen om dit op te ruimen. Waarom zijn er dan circulaire oplossingen voor dit probleem nodig? Omdat veel afval (ook veel plastics) jammer genoeg nog steeds niet goed te recyclen is. Nederland staat binnen de EU bovenaan met bijna 30% recycling van afval. Maar dit betekent wel dat er nog veel afval verbrand wordt. En hierbij komt veel CO2 en allerlei giftige stoffen vrij. In het geval van afval is voorkomen beter dan genezen.

Actie van de dag

Wil je ook zorgen dat je minder afval produceert? Ga op plasticdieet!


0 Comments: